Verstand van zaken en een heldere aanpak.
KLANTEN AAN HET WOORD
In veel beroepsgroepen stikt het van de afkortingen en Engelse termen. Ook in overnameland is deze trend erg in zwang. Met verbazing beluister ik soms welke termen er gehanteerd worden. Zo grossieren sommige adviseurs in een veelheid van het gebruik van allerlei Engelse termen. Regelmatig lijkt het overigens wel of de termen gebruikt worden om af te leiden van de inhoud van de discussie. Als we dan op inhoud doorprikken lijkt er achter de façade van Engelse termen soms maar weinig inhoudelijke kennis aanwezig te zijn. Ik wil pleiten om het gebruik van Engelse termen zoveel mogelijk te beperken. Gebruik duidelijke taal, die de klant begrijpt! Toch sluipt het er zo maar in, zelfs bij ons.
Een aantal voorbeelden van gevallen die we in de praktijk tegenkomen:
De overnamemarkt
De overnamemarkt wordt regelmatig afgekort met M&A, de afkorting van Mergers & Acquisitions, Kunnen we het niet gewoon Fusies en Overnames noemen? Daarbij dekt dit niet eens de lading. In de praktijk vinden maar heel weinig fusies plaats, het zijn toch hoofdzakelijk overnames.
Bedrijfsnamen
Ook voor bedrijfsnamen worden regelmatig Engelse termen gebruikt. Zo wordt vaak het containerbegrip Corporate Finance gebruikt, zodat er een video nodig kan zijn om uit te leggen wat dat betekent. Waarom niet gewoon een naam gebruiken die de gemiddelde Nederlander, ondernemer en klant begrijpt? Een van de redenen dat wij ons bedrijf Overname in bedrijf en ons samenwerkingsverband Overname-Experts noemen. Scheelt ook een hoop uitleg van wat wij doen.
Het overnameproces
In het overnameproces kunnen we niet om de Engelse termen heen. Een NDA is een Non-Disclosure Agreement, een LOI een Letter of Intent, een NBO is een non-binding offer, een SPA is een Share Purchase Agreement en dan is er nog de vendor-loan. Op z’n Nederlands respectievelijk geheimhoudingsovereenkomst, intentieovereenkomst, niet-bindende bieding, koopovereenkomst van aandelen en lening verkoper. Waarom zeggen we dat dan niet gewoon?
Private Equity partijen
Speciale aandacht wil ik geven aan investeringsmaatschappijen. Vooral Privaty Equity partijen, of PE, of op zijn Nederlands: investeringsmaatschappijen zijn gewoon om veel Engelse termen te gebruiken zoals fresh money (vers geld, oud geld is toch ook prima?), CAPEX en NOPLAT. Verder komen we in bijna elke kennismaking tegen dat deze partijen spreken over hun ‘sweet spot’. Wat dan bedoeld wordt is de soort investering waar men een comfortabel gevoel bij krijgen: ‘Onze sweet spot ligt bij investeringen in ondernemingen met een EBITDA van meer dan EUR 1,0 miljoen’. Willen jullie deze term alsjeblieft niet meer gebruiken? Het ligt misschien aan mij, maar ik krijg er jeuk van.
Gangbare Engelse termen
Hoe graag we ook zonder willen, soms ontkomen wij er niet aan om toch wat Engels te gebruiken. Zo is cashflow wel een veel gebezigde en gangbare term om de kasstromen van een bedrijf te benoemen. Ook EBITDA is een veelgebruikte term, dit betekent Earnings Before Interest & Taxes, Depreciation & Amortisation oftewel operationele winst vóór aftrek van rente, belasting, afschrijvingen en amortisatie. Maar dat zou dan ook wel ongeveer genoeg moeten zijn.
Samenvatting
Ik zou samengevat willen pleiten voor het volgende:
Als nuchtere noordelingen gebruiken wij graag ons gezonde boerenverstand. Daarbij hoort een beperkt gebruik van Engels. En als we onze termen duidelijk houden, zijn we als adviseurs ook beter te begrijpen. Gebruik duidelijke taal, daar is geen woord Spaans bij.